Een invloedrijke groep ambtenaren adviseert een komend kabinet om 7 miljard euro te bezuinigen om de overheidsfinanciën gezond te houden. Het probleem van de vergrijzing schuiven zij daarmee doelbewust voor een deel door naar de toekomst. Is dat wel verstandig?
De komende anderhalve week moeten de financiële experts van politieke partijen hard aan de slag. Op woensdag 23 juli moeten zij hun financiële plannen aanleveren bij het Centraal Planbureau, die eraan gaat rekenen.
De financiële experts zijn de afgelopen week overspoeld met ambtelijke adviezen over wat te doen. Donderdag presenteerde het Centraal Planbureau vervroegd haar economische ramingen, zodat de politieke partijen daarmee kunnen gaan rekenen aan hun programma. Op vrijdag kwam een commissie van wijzen, de zogeheten Studiegroep Begrotingsruimte, met het advies om de komende kabinetsperiode 7 miljard euro te bezuinigen, of de belastingen te verhogen. Later op de dag werd een ander ambtelijk rapport over de schutting gegooid, met daarin concrete bezuinigingsvoorstellen, de eufemistisch genaamde 'ombuigingslijst'.
Minder bezuinigingen nodig
Genoeg ingrediënten dus om de komende week te puzzelen. Elke partij zal zijn eigen mix maken van bezuinigingsvoorstellen en belastingverhogingen. Dit keer gaat dat bovendien een stuk makkelijker dan twee jaar geleden, toen adviseerde de Studiegroep nog om maar liefst 17 miljard euro te bezuinigen. Het verschil, zo legt Bas van den Dungen (de hoogste ambtenaar op Financiën en de voorzitter van de Studiegroep) vrijdag uit op een persbijeenkomst, komt voor de helft door bezuinigingen van het kabinet Schoof (op onder meer onderwijs en ontwikkelingssamenwerking) en grofweg de andere helft uit meevallende economische groei.
Maar er speelt nog iets mee. De Studiegroep adviseert de politieke partijen om twee 'ankers' te gebruiken voor het begrotingsbeleid. Het eerste anker is sturen op een stabiele staatsschuld (nu 45% van het bbp), zodat er geen rekeningen worden doorgeschoven naar de toekomst. En het tweede anker is zorgen dat het begrotingstekort rond de 2% blijft, zodat er ruimte afstand is tot de Europese maximumnorm van 3%. Dat voorkomt dat er bij de minste tegenslag direct bezuinigd moet worden.
Dat klinkt verstandig. En dat mag ook wel, want in de studiegroep zitten onder meer de baas van het Centraal Planbureau (Pieter Hasekamp) en de directeur van De Nederlandsche Bank (sinds kort Olaf Sleijpen) en topambtenaren van Financiën en andere ministeries. Maar de Studiegroep maakt nog een keuze.
'De maatschappij moet het aankunnen'
Zij ziet dat de kosten voor de vergrijzing uit de klauwen beginnen te lopen. Als er niks gebeurt, stijgen de overheidsuitgaven van 40% van de economie nu, naar 50% in 2060, berekende het Planbureau. Dat is nog ver weg, maar ook in 2030 stijgen de kosten voor de AOW, de zorgverzekering en de ouderenzorg al flink.
De Studiegroep adviseert een komend kabinet echter om dat probleem niet in een keer op te lossen, maar om alleen 'haar' fair share' op te lossen. Een deel van de ingrepen moeten toekomstige kabinetten maar doen. De reden, zo zei voorzitter Van den Dungen tijdens de persbijeenkomst op vragen van Hollands Welvaren, is dat 'de maatschappij het moet aankunnen'. Te grote bezuinigingen op de oudedagsvoorziening en de zorg zouden tot grote onrust leiden.
Studiegroep is soepeler geworden
Dat is nogal een draai. Normaal gesproken zijn het Centraal Planbureau en De Nederlandsche Bank de instanties die politici aanmanen om zuinig aan te doen en pijnlijke, maar noodzakelijke maatregelen te nemen. Tijdens de eurocrisis was het devies van de Studiegroep nog: hup, wegwerken dat begrotingstekort, ook al betekent dat 20 miljard euro bezuinigen. Nu adviseren hun directeuren als lid van een ambtenarencommissie dus: doe maar rustig aan, zodat het lijntje niet breekt.
Om aan te geven hoe 'makkelijk' 7 miljard euro bezuinigen is: Wie alleen maar de beloofde halvering van het eigen risico in de zorg terugdraait - dus gewoon de huidige situatie laat voortbestaan - bespaart al 4,7 miljard euro en heeft dus al bijna tweederde van de benodigde bezuinigingen ingeboekt. (Wel moet, wie zich netjes aan de nieuwe NAVO-norm van 3,5 procent wil houden, ook nog eens 7 miljard euro voor defensie vinden.)
Onzekerheid blijft hangen
Het klinkt logisch om een komend kabinet niet alle problemen te laten oplossen. Toch is het dat niet. Het blijft dan voor burgers immers klip en klaar dat de kosten van de vergrijzing nog altijd niet gedekt zijn en er waarschijnlijk meer bezuinigingen volgen. Hoe die eruit zien, is echter niet bekend. Moet je meer eigen bijdragen gaan betalen voor de zorg? Wordt de AOW-uitkering versoberd? Komt er een hogere erfbelasting? Gaat je AOW pas op latere leeftijd in?
Een hervormingskabinet zou aan al die onzekerheid in een klap een einde kunnen maken.
Zo is het onmogelijk om een goede financiële levensplanning te maken. Zeker voor oudere mensen is dat wel van belang, omdat zij aan het eind van hun carrière zitten, of al met pensioen zijn en dus moeilijk hun inkomen kunnen verhogen. Ook jongeren blijven langer het idee hebben dat de oude generatie gepamperd wordt, terwijl zij de rekening daarvoor gaan betalen.
Een hervormingskabinet zou aan al die onzekerheid in een klap een einde kunnen maken. Op basis van maatregelen in de ombuigingslijst zou op onderstaande manier bijvoorbeeld 15 miljard euro kunnen worden bezuinigd op lange termijn. Versober de AOW langzaam tot het niveau van de bijstand, koppel de AOW-leeftijd weer 1-op-1 aan de stijgende levensverwachting en houdt het eigen risico wat het is. Er is nog 2 miljard euro te halen, als mensen bijvoorbeeld meer zelf gaan betalen voor hulpmiddelen, medicijnen en thuiszorg. Dat zijn natuurlijk geen fijne maatregelen, maar de eigen bijdragen aan de zorg zijn in Nederland relatief laag: in veel andere westerse landen is het gebruikelijker om meer zelf te betalen.
Wie zo in een klap 17 miljard euro van de vergrijzingskosten afhaalt, straalt ook uit: hiermee krijgt de burger zekerheid. Wie nu 'slechts' 7 miljard bezuinigt, weet ook dat er meer volgt. Want Nederland kampt natuurlijk niet alleen met vergrijzing.
- Een komend kabinet 'moet' dus 7 miljard euro extra in defensie investeren, maar in 2035 is er nog eens 13 miljard euro per jaar nodig. Ook dat geld zal ergens gevonden moeten worden.
- Het klimaatfonds van 35 miljard euro dat Rutte 4 instelde, loopt rond 2030 af, terwijl de CO2-uitstoot nog verder omlaag moet. Dat betekent hoogstwaarschijnlijk dat er nog enkele miljarden euro's per jaar nodig zijn.
AOW- en zorgkosten stijgen tot 2030 met 50 miljard euro
Het CPB publiceert bij haar ramingen ook altijd een dataset met allerhande cijfers. Op basis daarvan is te berekenen dat de kosten voor de AOW, de ouderenzorg en de zorgverzekering stijgen van 154 miljard euro dit jaar, naar 204 miljard euro in 2030. Naast deze stijging van 50 miljard euro, verbleekt de 7 miljard euro bezuiniging (of belastingverhoging) die de ambtenaren voorstellen.
Voor politici is het aantrekkelijker om 'zoet' uit te delen dan 'zuur'. En nu zeggen ook de strenge rekenmeesters van weleer dat een begrotingstekort van 2% prima is, terwijl de vergrijzingskosten oplopen en er nog ongedekte uitgaven voor defensie en het klimaat aankomen. Hoeveel politieke partijen gaan in die omstandigheden wél voldoende onpopulaire maatregelen bij elkaar sprokkelen om op 23 juli in de rekenmodellen van het CPB te gooien?